Vijf vragen over formatief toetsen met een kort en een langer antwoord
Binnenkort verschijnt de tweede druk van het boek ‘formatief toetsen in de les, toetsen van het leren om te leren’. Daarin beschrijven we praktische voorbeelden, stappenplannen en werkvormen om formatief toetsen toe te passen. In de nieuwe druk hebben wij de antwoorden op een aantal veelgestelde vragen verduidelijkt. Als voorproefje geef ik je bij vijf vragen alvast een kort en iets langer antwoord.
1. Wanneer ben je formatief bezig?
Kort antwoord: als je toetst om een beslissing te nemen over vervolgstappen in het leerproces.
Langer antwoord: bij formatief toetsen maak je doelgericht gebruik van informatie om het leren te verbeteren. Je gebruikt een toets niet alleen om zichtbaar te maken wat geleerd is, maar vooral wat er nog te leren is. Om te bepalen of je formatief bezig bent kijk je niet naar de toets zelf, maar naar hoe je ‘m gebruikt. Je geeft een toets een formatieve functie als je daarmee informatie verzamelt om te beslissen wat nog nodig is om een leerdoel te bereiken en als gevolg van deze informatie te bepalen hoe leerlingen verder werken. Je bent dus formatief bezig als in een les 'doel’, ‘toets’ en ‘gevolg’ in samenhang aanwezig zijn als onderdeel van het leerproces.
2. Wat is het verschil tussen formatief toetsen, formatief evalueren en formatief handelen?
Kort antwoord: er is geen verschil!
Langer antwoord: er bestaat inderdaad de nodige begripsverwarring rondom verschillende formatieve termen. Met formatief toetsen, formatief evalueren en formatief handelen wordt echter hetzelfde bedoeld: een continu en cyclisch proces dat plaatsvindt tijdens het leren en wordt toegepast om te leren. Wij gebruiken de term formatief toetsen, omdat het toetsen van het leren een centrale rol speelt in de formatieve toetscyclus. Daarnaast is deze term in de literatuur het meest gangbaar (vergelijkbaar met ‘formative assessment’ in het Engels). Dit vraagt wel om een bredere benadering van het begrip ‘toets’ dan je misschien gewend bent. Als middel om kennis of vaardigheden van een leerling te meten, kan een toets naast het bekende proefwerk bijvoorbeeld worden toegepast in de vorm van een quiz, oefenopdracht, vraag of observatie.
3. Mag je een cijfer geven voor een formatieve toets?
Kort antwoord: in principe wel. Maar meestal is dat geen goed idee.
Langer antwoord: de vraag of het toekennen van cijfers als vorm van feedback kan samengaan met formatief toetsen levert soms de nodige discussie op. Dit komt voort uit de misvatting dat formatief toetsen hetzelfde zou zijn als toetsen zonder cijfer. In de praktijk raden wij het gebruiken van cijfers bij formatief toetsen meestal af, ook al is dit in principe wel toegestaan. Alleen een cijfer geeft namelijk onvoldoende informatie over wat een leerling nog te leren heeft. En feedback wordt meestal genegeerd, als een leerling daarnaast ook een cijfer krijgt. Ook verwarren veel leerlingen bij formatief toetsen de betekenis van een cijfer met een beoordeling op basis van een toets met summatieve functie. Dit kan zelfs tot het ongewenste effect leiden dat het leren stopt. Een 7 zou niet ‘voldoende afgesloten’ moeten betekenen, maar bijvoorbeeld ‘nog 30% te gaan om het doel te bereiken’.
4. Zorgt formatief toetsen voor meer administratie?
Kort antwoord: nee, dat is zeker niet de bedoeling!
Langer antwoord: het doel van formatief toetsen is om het leren te verbeteren. De kracht van formatief toetsen zit ‘m in het snel en regelmatig bijsturen van het leerproces als gevolg van de uitkomsten van een toets. Het bijhouden van een administratie is hierbij vooral onpraktisch. Daarnaast is het van belang dat leerlingen tijdens het formatief toetsen ervaren dat zij leren, in plaats van presteren. Je wil een sfeer creëren waarin zij fouten mogen maken, om van te leren. Het administreren van toetsresultaten kan daarbij verwarring of zelfs onveiligheid veroorzaken.
5. Hoe kan formatief toetsen bijdragen aan het wegwerken van leerachterstanden?
Kort antwoord: door leervertraging zichtbaar te maken en als gevolg daarvan de juiste versnelling te kiezen.
Langer antwoord: het afgelopen jaar is er veel schooltijd gemist. De invloed die dit had op het leren verschilde per leerling. Met formatief toetsen kun je deze verschillen zichtbaar maken, om te beslissen welke acties gewenst zijn in het vervolg van het leerproces. Als er sprake is van een leervertraging, kun je er voor kiezen om de voortgang in het werken aan bijbehorende specifieke leerdoelen nadrukkelijk te gaan volgen. Zo kun je samen met de leerling continu nagaan of de juiste versnelling is gekozen. Interventies bij formatief toetsen die een groot effect hebben op het versnellen van het leren zijn het geven van effectieve feedback en het aanleren van expliciete strategieën bij het plannen, monitoren en evalueren van het leerproces door de feedback te richten op zelfregulatie.
Verder lezen en leren over formatief toetsen?
- Kijk op www.cps.nl/formatieftoetsen
- Lees het boek Formatief toetsen in de les, toetsen van het leren om te leren
- Volg een training over formatief toetsen (in de CPS Academie of bij jou op school)